Sanne is atlete en geboren met een darmprobleem


27 oktober 2017


Sanne Olislagers is negen jaar en al een echte atlete! De jonge doorzetter werd geboren met het darmprobleem anusatresie, maar laat zich daar niet door ‘van de baan’ slaan. Sterker nog: “Door het hardlopen hoef ik haast nooit meer te spoelen!”

“Zelfs als ik buikpijn heb, wil ik trainen”

Een prachtige beker prijkt op de kamer van Sanne Olislagers: de derde plaats 
bij de Brabantse Kampioenschappen Crosslopen! De negenjarige atlete uit 
Sint Oedenrode won de beker vorig jaar en is er trots op. Vier keer per week is ze op de atletiekbaan te vinden. Hardlopen, verspringen, hoogspringen, hordelopen: ze doet het allemaal even fanatiek. Maar haar favoriete onderdeel is toch de crossloop. Zand en modder, bergop en bergaf: wat Sanne betreft is het: hoe inspannender, hoe beter. Best bijzonder voor een meisje dat werd geboren met een ernstig darmprobleem. 


Aangeboren darmprobleem

Sanne heeft anusatresie: een aangeboren afwijking waarbij de anus niet of niet goed is aangelegd. Ze zegt het zelf heel duidelijk: “Ik ben geboren zonder poepgaatje.” Haar ouders weten het nog als de dag van gister. Haar moeder Sylvia vertelt: “Het eerste wat opviel, was dat Sanne vier duimpjes had. Veel kinderen met anusatresie hebben ook andere aangeboren afwijkingen, en dit was die van Sanne. Daarna ontdekten we pas dat ze geen anus had.” Vanaf dat moment ging alles in sneltreinvaart. Binnen 48 uur werd met een operatie een anus aangelegd en de endeldarm daarop aangesloten. De periode erna was heftig. Doordat ook de kringspier niet goed was aangelegd, had Sanne veel moeite om haar ontlasting kwijt te raken. Sylvia: “Sanne had eigenlijk continu last van verstopping en pijn. Ze kon niet slapen van de kramp. Het was een moeilijke tijd waarin we veel met haar hebben rondgesjouwd en -gereden.” 

Toen Sanne ruim anderhalf jaar was, begonnen Sylvia en haar man met het spoelen van Sanne’s darm om zo de ontlasting af te voeren. “Wat een verademing!” vertelt Sylvia. “Voorheen wilden we het darmspoelen voorkomen, omdat het ons erg definitief leek en het als een stap achteruit voelde. Maar het bracht juist rust in de tent en eindelijk verlichting voor Sanne. Na het spoelen was de druk van haar buik en zag je een ander kind.” Waar haar ouders eerst spoelden met een spuit en slangetje, gingen ze, toen Sanne drie jaar was, over op het Peristeen-spoelsysteem via Hoogland Medical. Toen ze drieënhalf was, volgde Sanne aanvullend een zindelijkheidstraining om een goede perstechniek te leren. Alhoewel ze nog erg jong was, pikte ze het op en was ze, voor ze naar de lagere school ging, in principe de hele dag schoon. 


Eerste wedstrijd met darmprobleem

Het was in die kleuterjaren dat Sanne haar grote passie ontdekte: hardlopen. Ze was nog maar vier toen haar vader meedeed aan een wedstrijd crosslopen. Sanne wist gelijk: dat wil ik ook! Een maand later liep ze al haar eerste wedstrijdje van 900 meter. “We hebben het vanaf het begin alleen maar aangemoedigd”, vertelt Sylvia. “Ook omdat we wisten dat beweging goed is voor de darmen.” Vanaf het moment dat Sanne begon met hardlopen, merkten haar ouders dat het met de ontlasting inderdaad beter ging. Ze ging steeds vaker zelf naar de wc om te poepen, waardoor het spoelen kon worden afgebouwd. Eerst om de dag, toen twee keer per week. “En nu spoel ik haast nooit meer”, vertelt Sanne. “Hooguit een paar keer per jaar als het echt verstopt zit”, beaamt haar moeder. Naast hardlopen gaat Sanne geregeld naar een magnetiseur. “Hij legt zijn handen op mijn buik en stopt een soort energie in mijn darmen”, legt Sanne uit. “Als ik dan thuiskom, moet ik vaak poepen.” Daarnaast drinkt Sanne iedere ochtend haar laxeermiddel, als een poedertje in de thee. “Niet zo lekker’, vindt Sanne. “Maar mama en ik maken er een wedstrijdje van: wie het eerst de thee op heeft, wint. Dat ben ik meestal!” 


Stomme buikpijn

Inmiddels traint Sanne maar liefst vier keer per week. “Ik vind het gewoon superleuk en heb altijd zin om te gaan”, zegt ze. “Als ze buikpijn heeft en wij hebben het niet in de gaten, houdt ze het voor zich, omdat ze toch naar de training wil”, illustreert Sylvia. Buikpijn heeft Sanne helaas nog best vaak, door verstoppingen in de darmen. 

Af en toe kan ze er niet door naar school en een enkele keer moet ze ervoor naar het ziekenhuis. Ook heeft Sanne soms nog wel eens ongelukjes. “We noemen dat thuis ‘stoute poep’”, vertelt ze. 

“Ik trek dan gauw een schone onderbroek aan en ga weer verder met wat ik aan het doen was. Op school mag ik gelukkig altijd naar de wc zonder te vragen.” Soms is Sanne wel een beetje verdrietig. Om alles wat ze meemaakt, om die stomme buikpijn en omdat ze toch een beetje anders is dan andere kinderen. Haar moeder zegt: “Aan de buitenkant zie je niets. Dat maakt het soms lastig. Mensen zeggen bij buikpijn bijvoorbeeld al gauw ‘ah joh, gaat wel over’. Maar bij Sanne is het een ander verhaal.” Toch is Sanne vooral positief. Voor lotgenootjes heeft ze een mooi advies: “Ik zou tegen andere kinderen willen zeggen dat ze de moed erin moeten houden. Want alles komt goed!” 


Een toekomst vol plannen

Voor de toekomst zit Sanne vol met plannen. “Later wil ik kinderdokter worden”, vertelt ze. “Om andere kinderen beter te maken. Ik wil ook moeder worden en natuurlijk blijven sporten.” In huis wordt ze door haar ouders dan ook vaak dokter Sanne, mama Sanne of zelfs Sanne Schippers genoemd, naar haar grote atletiekidool Daphne Schippers. Haar ouders zijn maar wat trots op haar en zien de toekomst eveneens positief tegemoet. “De eerste jaren van Sanne’s leven stonden we in overlevingsstand. Om de haverklap was er iets: van blaasontsteking tot verstoppingen of ontstekingen aan haar handjes. Soms hadden we het gevoel dat we stappen terug gingen in plaats van vooruit. Natuurlijk zullen er in de toekomst wel weer uitdagingen komen, maar het gaat nu heel goed met Sanne! We gaan er gewoon vanuit dat dat zo blijft.” Waardevol vinden haar ouders het lotgenotencontact dat Sanne heeft via de Vereniging Anusatresie. Met twee leeftijdgenootjes in Brabant spreekt ze geregeld af. “Het is een prettig idee dat ze een paar meiden kent met wie ze op dit vlak ervaringen kan delen”, aldus Sylvia. Sanne zelf vindt het contact ook belangrijk. “Het is fijn dat zij snappen wat ik heb. Soms hebben we het over buikpijn of stoute poep. Maar we hebben het vooral gewoon gezellig.” 

 

Geen geheim meer op school

“Sanne is open over de anusatresie en heeft er op school al twee keer over verteld. De eerste keer zat ze nog maar in groep 2. Zelf weet ze het niet meer zo goed, maar voor haar moeder is het een bijzondere herinnering. Sylvia vertelt: “In de klas deden ze een project over ziek zijn en het ziekenhuis. De juf zei dat als iemand wel eens in het ziekenhuis had gelegen, hij of zij daar in de klas over mocht vertellen. Sanne stak gelijk haar vinger op. Uit school zei ze tegen mij: ‘Mama, ik ga mijn spoelpomp meenemen! Dan ga ik dat vertellen!’ Ik zei: ‘Dat is goed, maar dan weten alle kindjes ervan he?’ ‘Ja, dat mag ook!’, zei ze. Dus ging de pomp mee naar school. Sanne liet het de kinderen zien en vertelde precies waar het voor was. Ik zal nooit vergeten wat ze zei toen we die middag thuiskwamen: ‘Mama, nou heb ik geen geheim meer.’”


Meer weten over anusatresie?

Sanne is blij met het lotgenotencontact dat ze heeft via de Vereniging Anusatresie om ervaringen te delen met meiden die hetzelfde hebben. Kijk op www.anusatresie.nl

 

Anderen lazen ook: