26 november 2019
“Als ik heel eerlijk ben: ik vind mantelzorgen niet altijd leuk. We doen liever andere dingen met elkaar. Maar het kan nu eenmaal niet anders. Ik heb geaccepteerd dat het zo is en we maken er het beste van.”
Bert Katers (72) zorgt voor zijn vrouw Ine die Parkinson-achtige klachten heeft, als bijwerkingen van de medicijnen die ze al jarenlang slikt voor haar bipolaire stoornis. Door stijfheid is bewegen moeilijk voor haar en kan ze weinig meer zelf. Omdat ook haar sluitspier niet meer goed werkt, doet Bert elke dag een darmspoeling bij haar. Dat helpt uitstekend. Verder regelt hij het huishouden, haalt hij bood- schappen en kookt hij. “Douchen en aankleden kan ze zelf. En gelukkig krijgen we sinds januari twee uur per week huishoudelijke hulp.”
Kleinkinderen
Vroeger was Bert militair en veel van huis als hij op oefening ging. Toen deed Ine alles thuis en zorgde ze voor de kinderen. “Nu is het mijn beurt”, zegt Bert. “Dat vind ik logisch: we delen ons leven samen en dit hoort er ook bij. Ik ben dankbaar dat we er allebei nog zijn. Laatst verloren we onze zwager, daardoor besef je dat weer. En ik ben blij dat het psychisch gezien goed met Ine gaat. Vroeger had ze de verkeerde medicijnen en moest ze een tijd worden opgenomen. Gelukkig woont ze al jarenlang weer gewoon thuis.” Veel dingen kunnen ook wél. Zo zijn ze afgelopen zomer samen op vakantie geweest naar Noorwegen. “Dat was erg fijn”, zegt Bert. “Verder genieten we volop van de kinderen en kleinkinderen. Ons oudste kleinkind gaat binnenkort trouwen. Ik denk dat onze relatie alleen maar beter is geworden door de mantelzorg, we hebben elkaar nodig.”
Sauna
“Het is geweldig wat Bert voor mij doet”, zegt Ine. “Hij doet het allemaal ook prima, hij kan bijvoorbeeld erg lekker koken. We zijn een perfect op elkaar afgestemd team. Soms ben ik wel verdrietig en denk ik: moet ik hem alweer iets vragen. Het draait allemaal erg om mij, dat vind ik best moeilijk. Maar Bert klaagt nooit.” Als je mantelzorgt, moet je ook goed voor jezelf zorgen, beseft Bert. Zo rijdt hij met plezier als vrijwilliger op de invalidenbus. Bij lange ritten gaat Ine gezellig mee. Dan kletst ze wat met de andere reizigers. Verder zit Bert op twee koren, want hij is gek op zingen. “Bovendien ga ik eens in de veertien dagen een avond naar de sauna, meestal in mijn eentje. Daar kom ik compleet tot ontspanning. Ik zit in het zweethok, zwem wat en praat met de mensen die ik er ken. Heerlijk. Daarna kan ik er weer tegenaan.”